dinsdag 16 april 2013

Tv-uitzending


Inmiddels zijn we al wat meer gewend op kantoor, waardoor het is rustiger was dan eerst. We hebben ons deze week bezig gehouden met nieuwe social media strategieën door de Facebook en Twitter-pagina’s van het museum onder handen te nemen. Hopelijk kunnen we deze in de toekomst inzetten om evenementen te promoten en informatie over het museum te geven. (Voor diegene die ons nog niet hebben gevonden, hier zijn de links naar Facebook en Twitter).
Verder hebben we de naamstempel die we hadden besteld binnen gekregen. Zo’n stempel wordt in Japan gebruikt in plaats van een handtekening, en nu kunnen wij ook onze stempel van goedkeuring zetten op documenten!


We zijn ook op bezoek geweest bij de NIB tv-studio. Deze week was er een uitzending over onze stage op Dejima, en de dag vantevoren zijn we op bezoek geweest om te helpen met editen. We hebben toen een rondleiding gekregen in de opnamestudio’s en mochten zelfs even in de stoel van de nieuwslezers zitten. Erg grappig, blijkbaar hebben nieuwslezers niet alleen uitzicht op een tv-scherm met hun eigen gezicht, maar zien ze ook een scherm waar hun handen op worden geprojecteerd. Zo kunnen ze hun aantekeningen lezen zonder naar beneden te kijken.


De uitzending zelf hebben we niet live gekeken, omdat we die avond een groots diner hadden van de toerismedivisie van het stadhuis, waar Dejima deel van uitmaakt. We hebben in Chinatown bij een luxe restaurant heel uitgebreid gegeten en gedronken, en veel nieuwe mensen ontmoet (ik denk dat ik volgende week alweer nieuwe visitekaartjes moet drukken!). Het was erg leuk om op deze manier te netwerken, omdat de sfeer erg ontspannen was.


In het weekend hebben we de berg Konpira beklommen met een groep Nederlandse en Japanse vrienden. Het was een flinke tocht (Konpira is 366 meter hoog), maar erg gezellig. In de bergen was een vliegerfestival aan de gang. Tijdens onze picknick hebben we gekeken naar een vliegerwedstrijd (waarbij deelnemers proberen elkaars touw door te snijden) en zelf ook nog even gevliegerd.


Het was al snel weer tijd om verder te klimmen, want we hadden de top van de berg nog niet bereikt. In de hitte was het even doorzetten, maar uiteindelijk is het gelukt. Het was helder weer en we konden heel ver over het landschap uitkijken. Na een tijd van het uitzicht te hebben genoten zijn we allemaal behoorlijk uitgeput naar huis gegaan. Het was een mooie afsluiter van het weekend, hoewel ik vrees dat ik de nieuwe week wel met spierpijn zal beginnen.




dinsdag 9 april 2013

VIPs op bezoek in Dejima

De eerste volle werkweek op Dejima zit erop! Het was wel druk en vermoeiend, maar heel erg leuk.
Onze eerste opdracht was het voorbereiden van een rondleiding voor Nederlandse bezoekers. Vorige week werd namelijk de nieuwe KLM-lijn geïntroduceerd die direct van Amsterdam naar Fukuoka (de grootste stad op dit eiland) vliegt. Met de allereerste vlucht kwam een groep VIPs die een paar dagen de omgeving bezocht. Omdat Dejima een symbool is voor de relaties tussen Japan en Nederland, kwamen de gasten ook naar het museum voor een rondleiding. We zijn natuurlijk nog maar net als stagairs begonnen, dus het was een uitdaging om deze week alle nodige kennis te verzamelen, maar dankzij onze baas en collega’s hebben we al veel geleerd over de geschiedenis van Dejima.

We zijn ook druk geweest met het maken van een brochure om de bezoekers achtergrondinformatie te geven over de geschiedenis van Dejima en de restauratie van het museum. Dat was erg leuk om te doen, en toen de brochure af was mochten we hem zelfs tijdens een vergadering aan de burgermeester overhandigen. De complimenten van de burgermeester maakten al het werk zeker de moeite waard!

Vrijdag was het dan eindelijk zover, het langverwachte bezoek en onze eerste rondleiding! Gelukkig hebben onze collega’s erg veel ervaring als gids, waardoor onze voornaamste taak was om de rondleiding te tolken. Maar omdat zo’n rondleiding erg snel gaat en je ook vragen moet kunnen beantwoorden, was ik blij dat ik me had ingelezen. Het was nog even wennen met een headset en luidspreker iedereen door het museum te leiden, maar dankzij de behulpzame collega’s en de geïnteresseerde bezoekers ging het volgens mij best goed! Ik vond het een hele leuke ervaring en kijk er naar uit tijdens mijn stage nog vaker rondleidingen te geven (hopelijk binnenkort zelfstandig).

(artikel in de Nagasaki Shimbun)

Een andere nieuwe ervaring die we hier opdoen is het omgaan met de media. Vorige week stonden we voor het eerst in de krant (zie mijn eerste verhaal), maar deze week hebben we bijna elke dag interviews gedaan met de radio (live in het Japans!), televisie en verschillende kranten. Gelukkig went het allemaal snel en word ik eigenlijk al niet meer nerveus van alle camera’s en microfoons.



Aan het einde van een geslaagde week zijn we met onze baas en een paar Nederlandse bekenden gaan eten en drinken. Het was erg gezellig en een mooie afsluiter van een drukke week!



In het weekend hebben vrienden van Rens ons meegenomen naar Unzen, een stad in de buurt die bekend staat om vulkanische activiteit. Hoewel de vulkaan al twintig jaar niet meer is uitgebarsten, komen er wel overal zwaveldampen uit de grond (het ruikt er een beetje naar bedorven eieren). Er zijn daar veel bronnenbaden die worden verhit met de natuurlijke warmte van de vulkaan, en daar hebben we natuurlijk gebruik van gemaakt.


In Obama, een dorpje verderop, was een festival aan de gang, waar we champon hebben gegeten (een soort noedelsoep die in de regio van Nagasaki een lokale specialiteit is) en optredens gekeken (o.a. van een vriendin van Rens). Alles in de regio staat in het teken van de natuurlijke bronnen, zoals een voetenbad (met 105 meter het langste van Japan!) en allerlei gerechten die in het hete water worden gekookt.



Hoewel in het dorpje Obama veel promotie is voor hun Amerikaanse naamgenoot, weten ze helaas zijn voornaam niet te spellen... (zie de foto rechtsonder)

zaterdag 6 april 2013

Terug in Japan: stage in Nagasaki

Ik ben inmiddels ongeveer een week in Japan en heb al veel meegemaakt hier. Op verzoek zal ik mijn best doen om tijdens mijn stage een weblog bij te houden!

Sinds onze aankomst in Nagasaki zijn we erg druk geweest. We waren nog net op tijd in Japan om de kersenbloesem te zien, die dit jaar erg vroeg bloeide en inmiddels in dit deel van het land helaas alweer van de bomen is gevallen.



Op het station van Nagasaki werden we ontvangen door onze baas en een tv-ploeg, die onze aankomst en de eerste werkdag op kantoor wilde vastleggen. Tijdens de eerste week zijn we voorgesteld aan iedereen in het museum en hebben visitekaartjes gemaakt. Die zijn erg belangrijk hier; na een week in Japan zijn ze alweer bijna op en mijn opbergboekje is al bijna vol. Ook hebben we een uitgebreide rondleiding op het stadhuis gekregen, waar het Dejima-museum deel van uitmaakt. We mochten zelfs thee drinken met de burgermeester van Nagasaki, en wederom waren er mensen van de televisie en de krant aanwezig om onze ontmoeting te filmen.


We lopen de komende maanden stage bij het museum vanDejima,om precies te zijn bij de Dejima Restoration Office. Sommigen van jullie kennen Dejima misschien van de roman van David Mitchell (“De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet”), maar voor diegenen die er nog niet mee bekend zijn zal ik een korte uitleg geven.
Japan was van 1639 tot 1853 afgesloten van de buitenwereld; Japanners mochten het land niet verlaten en buitenlanders mochten het land niet binnen. Een uitzondering op deze wetgeving was de handelspost Dejima, gelegen op een kunstmatig eiland aan de kust van Nagasaki. Hier waren de Nederlanders de enigen die in deze tweehonderd jaar met Japan handel dreven (op een Chinese handelspost in Nagasaki na). Dejima is hierdoor een symbool voor de lange relatie die Japan met Nederland heeft. Om dit bijzondere stukje geschiedenis te bewaren voert de Dejima Restoration Office werkzaamheden uit, zoals opgravingen en reconstructies van de gebouwen op het eiland.



Ook in het weekend werden we aan het werk gezet. Gelukkig was dit vooral in de vorm van een rondleiding in het museum en op de berg Inasa. Bovenop de berg hebben we genoten van de zon en het uitzicht, terwijl we uitleg kregen over de geschiedenis van Nagasaki en omgeving.


Verder heb ik de Nederlandse uitwisselingsstudenten uit Leiden ontmoet. Het was leuk om het studentenhuis waar ik een jaar heb gewoond weer te zien. We hebben samen een kattencafe bezocht, sushi gegeten en karaoke gedaan. Ik ben blij dat er ook dit jaar weer zulke leuke mensen in Nagasaki zijn!


Het voelt vreemd om na zo lang weer in Nagasaki te zijn. Het is verrassend hoe weinig er hier is veranderd, het voelt net alsof ik nooit weg ben geweest. Toch is het ook heel anders dan vorige keer; toen was ik hier voor studie, en nu voor een stage. Het is een heel andere ervaring om elke ochtend in pak op de volle tram stappen naar kantoor en de hele dag werken als deel van een Japans team, dan om als student op de campus van Nagasaki colleges te volgen. Ik ben benieuwd wat ik nog allemaal op me af zal krijgen in de komende periode, maar ik weet zeker dat ook mijn tijd als stagaire hier een waardevolle herinnering zal worden.

zaterdag 28 augustus 2010

De laatste maand in Japan: augustus


Begin augustus hebben we met dezelfde groep afgesproken waarmee we de allereerste keer naar Ioujima zijn geweest. We zijn nog een keer naar het eiland gegaan om daar te barbecuen en in de zee te zwemmen. Het was jammer dat we afscheid moesten nemen, maar wel een hele leuke afsluiting van het jaar met onze vrienden.


De volgende dag zijn we naar een uitvoering van Romeo & Juliet geweest door de musicalgroep Takarazuka. Het bijzondere aan die groep is dat alle rollen door vrouwen worden gespeeld. Een raar idee, Julia & Julia, maar er wordt zo goed gezongen en gespeeld dat je na tien minuten al niet meer door hebt dat je naar vrouwen kijkt.


Verder heb ik de kans genomen om het eiland nog iets meer te verkennen. Ik ben naar het oosten gegaan om Yufuin en Beppu te bezoeken. Deze regio staat bekend om de warmwaterbronnen, "de acht hellen van Beppu". Je kan wandelend alle bronnen bezoeken en elke bron heeft een kenmerk, zoals bronnen met felblauw water, bloedrood water, een geiser, enz. Verder heb je de gelegenheid om water te drinken uit zo'n bron, eieren te eten gekookt in dat water, of pudding gemaakt van diezelfde eieren.


Hierna heb ik een oud badhuis bezocht dat al sinds het einde van de 19e eeuw bestaat. Je kan je hier laten ingraven in het zand, en daarna van het extreem hete bad genieten. 's Avonds was er nog een groot vuurwerkfestival in de haven.


De laatste dag ben ik naar de Koko-no-e loopbrug geweest, een 173 meter hoge en 390 meter lange kabelbrug. Die brug is over een dal tussen twee bergen gespannen, en als je erover heen loopt kan je het landschap prachtig zien. Als je de brug oversteekt loop je langs twee watervallen en over een rivier heen, maar omdat de brug aan kabels hangt is beweegt hij vrij veel in de wind, en is het een redelijke opgave om de brug over te steken zonder misselijk te worden.

Verder ben ik nog naar Gunkanjima geweest, een eiland dat vijftien kilometer van de kust ligt. Tot de jaren '70 vond hier mijnbouw plaats, maar hierna is het leeg komen te staan. Je kan met een veerboot naar het eiland en rondlopen tussen de verlaten gebouwen.


Uiteindelijk zijn we naar Tokyo gevlogen om de volgende dag naar Nederland terug te keren. Ik ben nu een week terug, en een beetje bijgekomen van de jetlag en de cultuurshock. Het is raar om na zo lang weer in Nederland te zijn, maar ook leuk om alle vertrouwde dingen weer om je heen te hebben. Ik heb het afgelopen jaar enorm genoten, maar het voelt ook fijn om weer terug te zijn.

De laatste maanden in Japan: Juli

Ik ben inmiddels een week terug in Nederland en ik heb de laatste maanden mijn weblog een beetje verwaarloosd, dus voor de volledigheid zal ik hier toch nog een verslag brengen van het slot van mijn verblijf in Japan.

Ik heb in juli de kans genomen om veel leuke plaatsen in Nagasaki nog eens te bezoeken, zoals de Inasa berg waarvandaan je een geweldig uitzicht hebt, Glover garden en het vredespark. Verder heb ik wat nieuwe plaatsen verkend, zoals de Nabekanmuri berg, de Urakami kathedraal en de Megami brug. Die laatste brug is misschien bekend bij mensen die 'Wie is de Mol?' hebben gekeken, dat was die enorme brug waarvan in de eerste aflevering de peilers bestegen werden.



Verder ben ik naar Kagoshima geweest, in het zuiden van het eiland Kyushu. We hebben daar de beroemde Senganentuinen bezocht, waarvandaan je uitzicht hebt op het vulkaaneiland Sakurajima.


De volgende dag zijn we naar de Kirishima schrijn geweest, een beroemde oude schrijn in een vrij afgelegen gebied. Volgens de mythologie is hier de god Ninigi no Mikoto uit de hemel neergedaald om over de aarde te heersen.


Verder staat er een bijzonder mooie 800 honderd jaar oude Japanse ceder.


's Avonds zijn we naar Sakurajima geweest om de vulkaan te bekijken. Het was een flinke wandeling, maar dan heb je een geweldig uitzicht op deze nog actieve vulkaan, waar zelfs tijdens ons bezoek rook uit bleef opstijgen.


De volgende dag was het vreselijk warm, dus hoewel we eerst het Shiroyama park hebben bezocht voor een mooi uitzicht over de stad, zijn we uiteindelijk naar het aquarium gevlucht voor verkoeling. Het leuke aan aquaria in Japan is dat er heel ander vissen zwemmen dan bij ons, zoals deze rare beesten.

dinsdag 29 juni 2010

Het zit er al bijna op!

Nog even en mijn jaar in Japan is alweer voorbij! Hoewel ik jullie in Nederland allemaal erg mis, is het ook moeilijk om hier weg te gaan.. Nog even genieten dus - voor zover dat lukt met het weer hier (het regenseizoen is in volle gang, en het is zo warm en vochtig dat je bril beslaat als je vanuit de airco naar buiten gaat).

Na Golden Week ben ik opnieuw naar Fukuoka geweest voor een concert van Hamasaki Ayumi. Het was weer een geweldige avond, nog beter dan vorige keer!


Ik ben sinds het tweede semester actief in de Nagasaki University Foreign Student Association, die activiteiten voor uitwisselingsstudenten organiseert. Eind juli hebben we een festival, en de voorbereidingen daarvoor zijn nu in volle gang. Verder geniet ik zoveel mogelijk van de tijd die ik hier nog met mijn vrienden door kan brengen.

Ik ben begin deze maand naar Huis ten Bosch geweest, een themapark in Sasebo vol replica's van beroemde Nederlandse gebouwen (de Domtoren, kasteel Nijenrode, Kinderdijk, en natuurlijk het paleis waar het park naar vernoemd is). Het ziet er echt exact uit als Nederland, en na zo lang in Japan te zijn is dat een bijzonder gevoel. Je waant je op een gegeven moment echt in Nederland, maar dan met bergen.


Verder zijn we met de Nederlanders op bezoek geweest bij een junior high school. Het was een leuke ervaring, maar we stonden wel enorm in de belangstelling. Kinderen van die leeftijd zijn sowieso erg fanatiek in het op straat buitenlanders nastaren, nawijzen of hun Engels op je uitoefenen, dus als je in zo'n school rondloopt ben je echt een attractie. Maar het is natuurlijk allemaal goed bedoeld, en de leerlingen waren enorm enthousiast, dus je kan het ze niet kwalijk nemen.

Hier in Nagasaki volgen we het WK ook, en natuurlijk steunen we Nederland. De wedstrijd tegen Japan was een groot feest, we zijn met een groep naar een bar geweest om de wedstrijd te zien. Hopelijk houdt ons team het nog wat langer vol..

Afgelopen weekend was er een internationaal evenement waar Natascha, Renee en ik aan deelnamen. We hebben op verzoek van de organisatie ons dansje van het feest in december weer herhaald, maar bovenal hebben we meegedaan aan een kimonoshow. We hadden afgelopen maand al een paar keer geoefend, want het valt niet mee om in een kimono te lopen! Het kost al ruim een half uur om door drie tot vier professionals aangekleed te worden, en daarna moet je bedenken hoe je je elegant kan voortbewegen terwijl je zo strak ingesnoerd bent dat je amper ruimte hebt om te bewegen. Maar het was wel een geweldige ervaring!


vrijdag 7 mei 2010

Hanami, nieuw schooljaar, Golden Week


Toen mijn ouders terug naar Nederland vlogen was de voorjaarsvakantie bijna voorbij. Ik heb met vrienden nog een dag aan hanami besteed, het bekijken van de kersenbloesem. In Japan is de komst van de kersenbloesem in de lente iets wat veel mensen bezig houdt. Als de bomen in bloei staan gaan mensen naar een park om onder de bomen te picknicken en te drinken. We hebben een park in Nagasaki opgezocht en hebben daar aan de hanami meegedaan. Het was eind maart nog wel koud, maar erg gezellig.


Het nieuwe schooljaar in Japan begint in april, niet zoals bij ons in de herfst. Alle nieuwe eerstejaars beginnen nu op de universiteit, dus hebben de clubs veel promotieactiviteiten. Ik ben daar ook eens gaan kijken en heb overwogen bij het orkest te gaan, maar ik kan me toch niet helemaal vinden in zo'n fanatieke club die drie tot vijf keer per week oefent.

Wel heb ik de laatste tijd een interessant bijbaantje gehad hier. Het ging om een eenmalige klus bij de Peace Memorial Hall in Nagasaki. Voor een tentoonstelling over de atoombom moesten interviews met overlevenden van het bombardement nagesynchroniseerd worden, en bij de opnames heb ik getolkt voor de Japanse staf.

Tenslotte was het afgelopen week Golden Week. Dat is een reeks van nationale feestdagen, waardoor we bijna een week aan één stuk vrij hadden. We hebben die week besteed aan het maken van dagtrips.
We zijn weer naar Ioujima geweest, en het weer was net zo mooi als op een Nederlandse zomerdag, dus heb ik van de kans gebruik gemaakt om in de zee te zwemmen (totdat er een kwal kwam opdagen, en we ons op het strand hebben teruggetrokken).


Maandag zijn we naar Fukuoka geweest, naar een park dat aan de zee ligt. Er waren daar veel bloemen te bewonderen, en we hebben een kleine dierentuin bezocht.


De dag daarna hebben we Saga bezocht, om een park aan de voet van een berg te bezoeken. De bloemen waren al deels uitgebloeid, maar het was er nog steeds erg mooi.


Daarna zijn we naar Sasebo gegaan, een stad die vooral bekend staat om de Amerikaanse marinebasis en de hamburgers. Sasebo neemt zijn burgers erg serieus. Door de hele stad zijn burgertenten verspreid, dus hebben we bij het station naar het bekendste restaurant geïnformeerd. Bij aankomst bleek het zo populair dat de wachtrij voor een bestelling anderhalf uur was. Omdat we toch wilden weten wat er nu zo bijzonder was aan deze burgers hebben we geduldig gewacht, en het was inderdaad de lekkerste burger die ik ooit heb gehad.

De laatste dag van Golden Week zijn we weer naar Fukuoka geweest, waar we naar een tentoonstelling over Sican zijn geweest.


De colleges zijn nu weer begonnen. Nog een paar maanden en het zit er alweer op! Het is een raar idee dat we straks weer terug gaan naar Nederland, en ik bereid me voor op een cultuurshock.